Van aan huis gekluisterd tot een dansje

Harry is waar Participatie Keuken het voor doet


Bij de Participatie Keuken proberen we mensen te verbinden en uit een kwetsbare situatie te helpen met eten, een praatje en zo nodig meer. Harry is een van de mensen waar we ons werk voor doen. Hij loopt bij ons binnen als hij amper nog kan lopen. "Ik ben aangereden door een jongere." Zijn benen zijn pimpelpaars en blauw. En zo goed ging het al niet. Drie jaar geleden werd kanker bij hem geconstateerd. Eerst dachten de artsen dat het alvleesklierkanker was en gaven ze hem maximaal nog een jaar. Een jaar later leefde Harry nog en ging hij terug naar de huisarts. De kanker bleek darmkanker te zijn. “Dat je zo lang denkt dat je doodgaat, geeft je mentaal wel een oplazer hoor.” Toch kiest hij ervoor niet geopereerd te worden om de darmkanker weg te halen. “Dat wil ik niet. Want ik heb gezien wat dat met een kameraad van mij deed, ik heb heel zijn ziektebed meegemaakt. Dat wil ik niet. Op mijn leeftijd wil ik niet meer dat er  in mij gesneden wordt.” Hij heeft zich aangesloten bij de vereniging voor Euthanasie en zich aangemeld voor een euthanasie-traject. Als hij echt erg ziek wordt, kiest hij voor euthanasie.

Aan huis gekluisterd

Wat schoonmaken lukt hem nu niet meer. Terwijl hij graag alles zelf doet. Hij is geboren in 1934 en heeft de oorlog nog meegemaakt. “Dat heeft me wel een vechtersmentaliteit gegeven. Daarom blijf ik doen wat ik nog kan. Maar dat is nu niet zoveel meer.” Veel mensen om zich heen waaraan hij hulp kan vragen, heeft hij niet meer. “Zeven jaar geleden ging mijn vrouw dood. Ik was erbij. En toen keek ik om me heen en zag ik niemand meer. Vroeger had ik een groot netwerk, ik barstte van de vrienden. Maarja, die zijn allemaal dood,” zegt Harry luchtig. "Nu zit ik aan huis gekluisterd." Hij heeft gelukkig wel een vriendin sinds vijf jaar. "Die belt me wel elke ochtend hoor." En zijn dochter helpt hem ook af en toe. "Maar die heeft een fulltime baan en woont in Leiden. Laten we eerlijk zijn: ik ben een blok aan haar been."

Hulp vragen

Ondanks hij niet gewend is hulp te vragen en het ook liever niet doet, moet hij nu wel en doet hij het daarom ook. Diezelfde avond komt zijn dochter langs met boodschappen en zal voor hem koken. Maar uiteindelijk moet Harry zelf boodschappen kunnen doen. Daarom hebben we Harry gekoppeld aan een maatschappelijk werkster, die meerdere mensen helpt die ze via ons leren kennen. Ze heet Salsa en zou hem helpen met boodschappen bestellen. “Jullie zijn niet van het lullen, maar meteen doen!” zegt Harry verbaasd als hij het hoort. Helaas horen we de volgende dagen niets meer van Harry, totdat hij - gelukkig! - weer bij ons op de stoep staat. Twee weken lag hij in het ziekenhuis vanwege een veel te hoog suikergehalte. De maatschappelijk werker heeft hij daarom moeten missen. Maar door de goede zorg in het ziekenhuis is hij wel wat opgeknapt.

Een dansje

"Het gaat beter, maar goed niet meer." Hij verwijst naar de ongeneeslijke kanker die hij heeft. Toch zit hij monter aan tafel met andere gasten van onze Aanschuiftafel in onze locatie met het Danspaleis. Even later doet hij zelfs een dansje met een tafelgenoot. "En ik kan nu alles zelf weer. En als het kan, doe ik het graag zelf."